Afspraken over minder werken of eerder stoppen met werken

Veel cao-tafels zijn of gaan aan de slag met onderhandelingen over een nieuwe cao. Soms hebben de uitkomsten van deze onderhandelingen invloed op pensioen. U vindt hier aandachtspunten voor afspraken over minder werken of eerder stoppen met werken.

Vrijwillige voortzetting van de pensioenopbouw

Als de medewerker ontslag krijgt of neemt, bouwt hij geen pensioen meer op. Gaat hij (tijdelijk) minder werken of verdienen, dan bouwt hij nog wel pensioen op, maar minder dan daarvoor. Met vrijwillige voortzetting bieden wij de medewerker de mogelijkheid om de pensioenopbouw op eigen kosten voort te zetten. Als de medewerker hiervoor kiest, gaat de opbouw van het pensioen bij PFZW gewoon door. 

Afspraken over minder werken voor de AOW-leeftijd, zoals 80%-90%-100%-regeling

In meerdere CAO’s zijn afspraken gemaakt om oudere medewerkers de gelegenheid te geven het iets rustiger aan te doen. Deze regelingen komen voor onder verschillende namen: generatieregeling, ouderenregeling, generatie-arrangement, Jong-voor-Oud-regeling, Generatie Pact, pre-pensioenregeling 60+ enzovoort.

Generatieregeling
In een generatieregeling biedt de werkgever de oudere medewerker de mogelijkheid om minder te gaan werken. Daarbij betaalt de werkgever het salaris door voor de uren die de medewerker werkt. Voor de uren waarvoor de medewerker is vrijgesteld van werk ontvangt hij of zij een (pensioengevende) toeslag. Indien gewenst kan de medewerker ter aanvulling van het inkomen een stukje pensioen opnemen.

Voor het deel dat de pensioenopbouw is gestopt, kan de medewerker de pensioenopbouw vrijwillig voortzetten bij PFZW. De factuur voor de vrijwillige voortzetting stuurt PFZW dan naar de werkgever. De werkgever verrekent het eventuele werknemersdeel met zijn of haar bruto loon.

Rekenvoorbeeld pensioenopbouw

  • De werknemer werkt 40 uur per week (100%)
  • De werknemer gaat 8 uur (20%) minder werken
  • De werknemer krijgt voor 36 uur (90%) van het voormalige loon doorbetaald 
  • De pensioenopbouw vindt plaats over de 90% en de werkgever geeft als deeltijdfactor door aan PFZW: 90%. Het regelingloon blijft ongewijzigd
  • De pensioenopbouw voor de ontbrekende 4 uur (10%) regelt de medewerker via vrijwillige voortzetting bij PFZW

Vrijwillige voorzetting van de pensioenopbouw
De medewerker kan de pensioenopbouw vrijwillig voortzetten voor de ontbrekende 4 uur (zie voorbeeld hierboven) als hij of zij voor minimaal de helft van het oorspronkelijke dienstverband blijft werken. 

N.B. De medewerker moet de vrijwillige voortzetting binnen negen maanden aanvragen.

Afspraken over (eerder) stoppen met werken, zoals RVU

Door de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen en de subsidieregeling MDIEU staat de regeling vervroegde uittreding (RVU) in de belangstelling. Maakt de cao-tafel afspraken over eerdere beëindiging van de loopbaan met loondoorbetaling door de werkgever? Dan stopt de pensioenopbouw voor de medewerker. Ook stopt dan de bescherming bij verlof en werkloosheid (hierna: BVW), omdat er tijdens RVU geen sprake is van verlof of werkloosheid. De medewerker kan in deze gevallen meestal geen vrijwillige voortzetting aanvragen.

Soms kan de medewerker de pensioenopbouw wel vrijwillig voortzetten. Dit kan alleen als de RVU ingaat vóór de periode van drie jaar voorafgaand aan de pensioenleeftijd. Of als de medewerker stopt met werken binnen drie jaar voorafgaand aan de pensioenleeftijd als hij om medische redenen niet in staat is om te blijven werken.

N.B. De medewerker moet de vrijwillige voortzetting binnen negen maanden aanvragen.

Partnerpensioen als pensioenopbouw stopt door RVU
Maakt een medewerker gebruik van een RVU binnen drie jaar voorafgaand aan de pensioenleeftijd, zonder dat sprake is van medische redenen? Dan stopt dus de pensioenopbouw. Binnen de huidige wet- en regelgeving is het in dit geval niet mogelijk om de pensioenopbouw voort te zetten. 

Dit betekent dat ook de opbouw en de risicoverzekering van partnerpensioen stopt. Overlijdt de medewerker in of na de RVU-periode? Dan ontvangt de partner alleen het deel van het partnerpensioen dat is opgebouwd. Wil de medewerker dat zijn partner bij overlijden meer pensioen krijgt? Dan kan hij het partnerpensioen verhogen door een deel van zijn ouderdomspensioen te ruilen voor partnerpensioen.

Hoe werkt dit?
Na de afmelding door de werkgever van de medewerker die gebruikt maakt van een RVU, krijgt de medewerker een beëindigingsbericht van PFZW. Hierin staat dat de pensioenopbouw stopt. Voor meer informatie kan de medewerker terecht op MijnPFZW. Daar wordt uitgelegd wat de gevolgen zijn van het uitruilen van ouderdomspensioen naar partnerpensioen. De medewerker kan zijn keuze vervolgens aan PFZW doorgeven. 

N.B. De medewerker moet deze keuze binnen een maand na verzending van het beëindigingsbericht aan PFZW doorgeven.

Meer informatie
Heeft u vragen naar aanleiding van deze aandachtspunten, of heeft u andere vragen? Neem dan contact op met uw relatiemanager bij PFZW of stuur een e-mail naar relatiemanagementsocialepartners@pfzw.nl