Pensioen 2 – Particulieren | PFZW

In laag 2 van Pensioen 1-2-3  leest u meer over de onderwerpen in laag 1. In laag 2 vindt u alle belangrijke kenmerken van uw pensioen en uw pensioenregeling.

Pensioen 1-2-3 bevat geen persoonlijke informatie over uw pensioen. Die vindt u wel op uw jaarlijkse Pensioenoverzicht, op MijnPFZW en op mijnpensioenoverzicht.nl. Op beide pagina’s logt u in met uw DigiD.

Maatschappelijk verantwoord beleggen

PFZW wil zorgen voor een goed pensioen in een leefbare wereld. Ons duurzaamheidsbeleid is hier op gericht. Rekening houden met duurzaamheid vormt een integraal onderdeel van ons beleggingsbeleid. Bij beleggingen nemen wij daarom duurzaamheidsfactoren in acht. Dit betekent dat wij bij het beleggen zoveel mogelijk rekening houden met ecologische, sociale en werkgelegenheidszaken, eerbiediging van de mensenrechten, en bestrijding van corruptie en van omkoping. Waar mogelijk kijken wij of beleggingen een positieve invloed hebben op mens en milieu en of er geen sprake is van een slechte invloed op andere duurzaamheidsfactoren. Daarnaast kijken wij ook naar duurzaamheidsrisico’s voor onze beleggingen. Dit betekent dat wij beoordelen of er een werkelijk of mogelijk wezenlijk negatief effect op de waarde van de belegging kan optreden door een gebeurtenis of omstandigheid op ecologisch, sociaal of governance-gebied. Hierbij kunt u bijvoorbeeld denken aan het effect van klimaatverandering op een belegging.

PFZW brengt duurzaamheidsrisico’s in kaart vanwege hun potentiële impact op de waarde van onze beleggingen, wat direct invloed kan hebben op de pensioenen die wij uitkeren. Onze focus ligt met name op klimaatverandering, erkend als een van de belangrijkste wereldwijde risico's door wetenschappers en organisaties zoals het World Economic Forum.

PFZW analyseert de impact van deze duurzaamheidsrisico's op pensioenbeleggingen, met specifieke aandacht voor diverse beleggingscategorieën zoals staatsobligaties, beursgenoteerde aandelen en vastgoed. Hoewel de impact van biodiversiteitsverlies nog onzeker is, toont de analyse aan dat de invloed van klimaatrisico's beperkt blijft, met negatieve effecten op de waarde van beleggingen onder de 5%.

Om de risico's te beperken, voert PFZW verschillende acties uit, waaronder een gediversifieerd beleggingsbeleid, het vermijden van investeringen met hoge ESG-risico's en het aanspreken van bedrijven op duurzaamheidskwesties. Het risicomanagement omvat ook monitoring van CO2-uitstoot en scenarioanalyses voor klimaatverandering. 

Hoewel de huidige analyse beperkte effecten suggereert, erkent PFZW de complexiteit van het inschatten van duurzaamheidsrisico's. Verdere stappen worden ondernomen om de gevolgen van biodiversiteitsverlies beter te begrijpen, deel te nemen aan internationale initiatieven en de analyse uit te breiden naar andere duurzaamheidsrisico's.

PFZW weet dat duurzaamheid bij beleggingen voor onze deelnemers belangrijk is. Wij willen dat de pensioenregeling met het daarbij behorende vermogen dat wij beheren aan duurzaamheid bijdraagt en streven naar een gezond milieu en goede sociale omstandigheden. Op grond van Europese regelgeving informeren wij u via een voorgeschreven model over de duurzaamheid van onze beleggingen. Dit model geldt voor alle pensioenfondsen. Het document bevat op hoofdlijn veel informatie over ons beleggingsbeleid. U vindt dit model in laag 3 van Pensioen 1-2-3. Onze website bevat daarnaast veel nadere en interessante informatie over de verschillende onderdelen van ons beleggingsbeleid. In de Informatieverschaffingsverordening (informatie over duurzaamheidsaspecten) vindt u meer informatie over hoe wij partijen die voor ons beleggen vragen om duurzaamheidsaspecten mee te nemen in de manier waarop zij beleggen. Deze verordening vindt u ook in laag 3 van Pensioen 1-2-3.

Wij beleggen het pensioenvermogen niet zelf. Dit laten wij doen door onze vermogensbeheerder PGGM (PGGM Vermogensbeheer BV).

Meer lezen hoe wij omgaan met maatschappelijk verantwoord beleggen?
Lees ons beleggingsbeleid.

Wat krijgt u in onze pensioenregeling?

Ouderdomspensioen

Via uw werkgever neemt u deel in de pensioenregeling van PFZW en bouwt u ouderdomspensioen op. Dat ouderdomspensioen gaat in als ook uw AOW ingaat. Uw ouderdomspensioen is een aanvulling op de AOW. De AOW is het pensioen dat u van de overheid ontvangt als u de AOW-leeftijd bereikt. U ontvangt uw ouderdomspensioen elke maand, zolang u leeft. U kunt uw ouderdomspensioen ook al vóór of pas ná uw AOW laten ingaan. Hierover leest u meer onder “Welke keuzes heeft u zelf?”.

Verder lezen over ouderdomspensioen

Hoeveel pensioen u straks ontvangt van PFZW hangt vooral af van de hoogte van uw salaris, de inhoud van uw pensioenregeling en het aantal jaren dat u pensioen heeft opgebouwd. De hoogte van het ouderdomspensioen staat op MijnPFZW, uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en op mijnpensioenoverzicht.nl.

Let op! Boven een bepaald inkomen bouwt u geen pensioen op. In 2024 is dat boven een fulltimesalaris van € 137.800 bruto per jaar.

De pensioenregeling van PFZW is een uitkeringsovereenkomst. Elk jaar bouwt u pensioen op over een deel van het brutoloon dat u in dat jaar heeft verdiend. U bouwt niet over uw hele brutoloon pensioen op. PFZW houdt namelijk al rekening met de AOW, die u van de overheid ontvangt als u de AOW-leeftijd bereikt. Het deel van uw loon waarover u geen pensioen opbouwt, heet ‘franchise’. Over het brutoloon minus de franchise bouwt u jaarlijks 1,75% aan ouderdomspensioen op.

Voorbeeld

Stel: u heeft een fulltime salaris van € 50.000 en u werkt in deeltijd voor 50%. De franchise is € 15.000. Dat betekent dat uw fulltime berekeningsgrondslag voor pensioenopbouw € 35.000 bedraagt. U bouwt in dat jaar 1,75% ouderdomspensioen op over € 35.000, u doet dit voor 50%, dat is € 306 in dat jaar. Het ouderdomspensioen dat u bij pensionering jaarlijks ontvangt, is een optelsom van alle jaren plus de eventuele verhoging (indexering).

partnerpensioen-verzekeringjpg

Partnerpensioen

Uw partner krijgt van PFZW partnerpensioen als u overlijdt. Een deel van dat partnerpensioen bouwt u op. Het andere deel is verzekerd op risicobasis. 

partnerpensioen-opbouwjpg

Op risicobasis wil zeggen dat uw partner recht heeft op partnerpensioen zolang u pensioen opbouwt bij PFZW. Er zijn dus twee situaties:

  • U overlijdt terwijl u pensioen opbouwt bij PFZW. Uw partner heeft recht op een volledig partnerpensioen (het opgebouwde deel + het deel op risicobasis).
  • U overlijdt terwijl u niet langer pensioen opbouwt bij PFZW. Uw partner heeft recht op een deel van het partnerpensioen (het deel dat u opbouwde).

Als u met pensioen gaat, bouwt u ook geen pensioen meer op.

Verder lezen over partnerpensioen

Meer pensioen voor uw partner regelen

Gaat u weg bij PFZW, maar wilt u wel uw partner goed verzekeren? Dat kan. Als u weggaat bij PFZW of als u met pensioen gaat kunt u een deel van uw ouderdomspensioen laten omzetten naar partnerpensioen. Uw partner krijgt dan een hoger partnerpensioen als u overlijdt. Dat betekent wel dat uw ouderdomspensioen lager wordt.

Hoogte partnerpensioen

Uw partner ontvangt het partnerpensioen als u overlijdt en zolang uw partner in leven is. De hoogte van het pensioen voor uw partner bij uw overlijden staat op MijnPFZW, uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en op mijnpensioenoverzicht.nl. Inloggen doet u met uw DigiD.

Aanvulling op nabestaandenuitkering van de overheid
Als u overlijdt, heeft uw partner misschien recht op een wettelijke nabestaandenuitkering van de overheid: de Anw-uitkering. Hieraan zijn voorwaarden verbonden. Uw partner heeft recht op een Anw-uitkering als uw partner nog geen AOW ontvangt en:

  •  een of meer minderjarige kinderen te verzorgen heeft of
  •  gedeeltelijk arbeidsongeschikt is

Meer informatie hierover vindt u op de website van de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Krijgt uw partner geen (volledige) Anw-uitkering van de overheid? Dan verhoogt PFZW het partnerpensioen om het tekort aan te vullen.

Uitkering ineens
Als u overlijdt wanneer u al met pensioen bent, hebben uw partner en kinderen tot 21 jaar recht op een uitkering. Deze uitkering is eenmalig en bedraagt driemaal het bruto maandbedrag van uw ouderdomspensioen of tweemaal het bruto maandbedrag van uw arbeidsongeschiktheidspensioen. Over dit bedrag betalen uw nabestaanden geen loonheffing en zorgpremie. Het netto bedrag van deze uitkering is dus gelijk aan het brutobedrag.

Overlijdt u terwijl u pensioen ontvangt en heeft u geen partner of kinderen jonger dan 21 jaar? Dan kan een ander in aanmerking komen voor de eenmalige uitkering. Deze persoon moet wel aantonen dat hij of zij een groot deel van de kosten die direct te maken hebben met het overlijden heeft betaald.

Lees meer over wat te doen bij overlijden, het partnerpensioen en het pensioenreglement van PFZW.

wezenpensioen-opbouwjpg

Wezenpensioen

Naast uw ouderdomspensioen bouwt u ook wezenpensioen op. Als u overlijdt, ontvangen uw kinderen jonger dan 21 jaar een wezenpensioen.

Verder lezen over wezenpensioen

Laat u niet alleen kinderen, maar ook een (ex-)partner achter? Dan hebben uw kinderen recht op een wezenpensioen van ongeveer 0,25% van uw salaris min de AOW-franchise voor ieder jaar dat u bij ons pensioen opbouwde.

Laat u geen (ex-)partner achter? Dan hebben uw kinderen recht op een dubbel wezenpensioen. Ieder kind krijgt een wezenpensioen van ongeveer 0,5% van uw salaris min de AOW-franchise voor ieder jaar dat u bij ons pensioen opbouwde.

Elk kind ontvangt wezenpensioen tot hij of zij 21 jaar is. Het wezenpensioen wordt aan maximaal 5 kinderen volledig uitbetaald. Als meer kinderen recht hebben op wezenpensioen, wordt het maximale bedrag (van 5 wezenpensioenen) onder hen verdeeld.

De hoogte van het wezenpensioen staat vermeld op uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en op mijnpensioenoverzicht.nl. Lees meer over wezenpensioen.

arbeidsongeschiktheidspensioen-1

Voorzieningen bij arbeidsongeschiktheid

Voor de gevolgen van arbeidsongeschiktheid heeft PFZW iets geregeld. U komt hiervoor in aanmerking als u: 

  • een WIA-uitkering heeft, én 
  • ziek bent geworden terwijl u pensioen opbouwde bij PFZW, tijdens onbetaald verlof  of tijdens een WW-uitkering meteen na uw pensioenopbouw bij PFZW.

Verder lezen over de WIA-uitkering

Een WIA-uitkering krijgt u van UWV. De afkorting WIA staat voor Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen. Een WIA-uitkering kan een IVA-uitkering of een WGA-uitkering zijn. 

  • IVA-uitkering: voor volledig arbeidsongeschikten zonder uitzicht op herstel.
  • WGA-uitkering: voor gedeeltelijk of volledig arbeidsongeschikten met uitzicht op herstel.

Een WGA-uitkering is de eerste maanden loongerelateerd. Dat wil zeggen dat de hoogte van de uitkering afhankelijk is van uw salaris voordat u arbeidsongeschikt werd. Voor de periode daarna kijkt UWV onder andere naar uw ‘restverdiencapaciteit’ en naar het inkomen dat u eventueel naast uw uitkering hebt. Afhankelijk daarvan wordt uw WGA-uitkering een ‘loonaanvullingsuitkering’ of een ‘vervolguitkering’. 

De regeling van PFZW houdt het volgende in: 

  • premievrije pensioenopbouw
  • arbeidsongeschiktheidspensioen

Deze voorzieningen stoppen als uw WIA-uitkering stopt, maar uiterlijk wanneer uw AOW ingaat.

Verder lezen over premievrije pensioenopbouw

Premievrije pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid

Als u volledig of gedeeltelijk arbeidsongeschikt bent, heeft u recht op (gedeeltelijke) voortzetting van uw pensioenopbouw zonder dat u daar zelf nog premie voor betaalt. Deze premievrije pensioenopbouw is afhankelijk van de mate van uw arbeidsongeschiktheid. Zolang u een WGA- of IVA-uitkering van UWV krijgt, blijft u daardoor pensioen opbouwen. Heeft u een partner en kinderen? Dan blijven zij ook verzekerd voor partnerpensioen en wezenpensioen. Betaalt uw werkgever uw salaris nog door? Dan staat er wel pensioenpremie op uw loonstrook. Uw werkgever moet dit doen om u het juiste nettosalaris uit te kunnen betalen.

Hoeveel pensioen bouwt u op met premievrije pensioenopbouw? 
Uw premievrije pensioenopbouw baseren we op maximaal 75% of 70% van het brutosalaris op 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin uw WIA-uitkering ingaat. Gaat uw WIA-uitkering bijvoorbeeld in juni 2024 in? Dan baseren we uw premievrije pensioenopbouw op uw brutosalaris van 1 januari 2023. Dit salaris stijgt elk jaar mee met de loonontwikkeling in de sector zorg en welzijn. Voor de overige 25% of 30% van uw salaris kunt u bij PFZW een vrijwillige voortzetting afsluiten. Voor dat deel betaalt u dan zelf de premie. U kunt een vrijwillige voortzetting aanvragen binnen 9 maanden nadat uw premievrije pensioenopbouw is ingegaan. Tot slot is de hoogte van uw premievrije pensioenopbouw afhankelijk van de mate van uw arbeidsongeschiktheid en van de inkomsten die u naast uw uitkering heeft.

Verder lezen over arbeidsongeschiktheidspensioen

Arbeidsongeschiktheidspensioen

Als u aan de voorwaarden voldoet, heeft u daarnaast recht op arbeidsongeschiktheidspensioen.      

PFZW kent twee soorten arbeidsongeschiktheidspensioen:      

  • WGA-hiaatpensioen bij een recht op een WGA-vervolguitkering, en een    
  • WIA-excedentpensioen bij een inkomen hoger dan € 71.628 (2024) bruto per jaar jaar.

Een eventueel recht op het WGA-hiaatpensioen ontstaat zodra u een WGA-vervolguitkering gaat ontvangen van UWV.     

Let op! Heeft u inkomsten naast uw IVA- of WGA-uitkering of kunt u volgens UWV nog verdienen naast uw WGA-uitkering? Dan berekent PFZW uw arbeidsongeschiktheidspercentage aan de hand van uw (mogelijke)inkomsten. Uw WIA-excedentpensioen wordt daardoor lager.

Wijzigingen en beëindiging van uw IVA- of WGA-uitkering

Verandert er iets in uw IVA- of WGA-uitkering? Dan geeft UWV dat aan ons door. Wij passen uw premievrije pensioenopbouw en, als het nodig is, uw arbeidsongeschiktheidspensioen aan. Zijn de gegevens in onze nieuwe beslissing over uw arbeidsongeschiktheid niet juist? Of is uw situatie gewijzigd en heeft u nog geen bericht van PFZW ontvangen? Neemt u dan contact met ons op.

Wijzigingen kunnen gevolgen hebben voor uw premievrije pensioenopbouw en/of uw arbeidsongeschiktheidspensioen. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat u hierdoor te veel geld ontvangt, dat u later moet terugbetalen.

Lees meer over arbeidsongeschiktheid of bekijk het pensioenreglement.

reglementjpg

Pensioenreglement

Wilt u precies weten wat onze pensioenregeling u biedt? Lees dan ons pensioenreglement.

Wat krijgt u in onze pensioenregeling niet?

geen-partner-pensioenjpg

Als u geen pensioen meer opbouwt bij PFZW is er minder partnerpensioen. 
Een deel van het partnerpensioen bouwt u op. Het andere deel is verzekerd op risicobasis. Op risicobasis wil zeggen dat uw partner hier recht op heeft zolang u pensioen opbouwt bij PFZW. Er zijn dus twee situaties:

  • U bouwt pensioen op bij PFZW wanneer u overlijdt. Uw partner heeft recht op een volledig partnerpensioen (het opgebouwde deel + het deel op risicobasis).
  • U bouwt geen pensioen meer op bij PFZW wanneer u overlijdt. Uw partner heeft recht op een gedeeltelijk partnerpensioen (namelijk alleen het opgebouwde deel). Als u met pensioen gaat, bouwt u ook geen pensioen meer op.

Hoe bouwt u pensioen op?

drie-pijlersjpg

U bouwt op drie manieren pensioen op:

A. De Algemene Ouderdomswet (AOW)

De AOW is het wettelijke pensioen van de overheid. Dit krijgt iedereen die tussen de leeftijd van 15 jaar en de ingangsleeftijd van de AOW in Nederland heeft gewoond of gewerkt. De AOW-ingangsleeftijd is niet meer voor iedereen gelijk. Kijk op de website van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) voor uw AOW-leeftijd.

Heeft u niet altijd in Nederland gewoond of gewerkt? Dan kan uw AOW lager uitvallen.

B. Het pensioen dat u via uw werk opbouwt

De hoogte van dit pensioen vindt u in MijnPFZW en op uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Het UPO ontvangt u één keer per jaar zolang u pensioen opbouwt bij PFZW. Op het UPO staan het ouderdomspensioen dat u nu heeft opgebouwd én het pensioen op uw pensioenleeftijd als u tot dat moment bij PFZW pensioen blijft opbouwen. Op het UPO vindt u ook gegevens van het partner- en wezenpensioen. Dat is pensioen voor uw partner en kinderen als u overlijdt. Kijk ook op mijnpensioenoverzicht.nl. Daar vindt u een overzicht van al het pensioen dat u heeft opgebouwd in de banen die u hiervoor misschien heeft gehad buiten de sector zorg en welzijn.

C. De pensioenaanvulling waar u zelf voor zorgt

U kunt zelf een aanvulling regelen op uw AOW en het pensioen dat u opbouwt via uw werk. Bijvoorbeeld via banksparen of door een verzekering af te sluiten, zoals een lijfrente.

Heeft u een fulltime salaris van € 137.800 bruto per jaar of meer? Dan kunt u ervoor kiezen bij PFZW mee te doen aan een aparte pensioenregeling voor meer partnerpensioen.

middelloonjpg

U bouwt pensioen op in een middelloonregeling

Ieder jaar bouwt u pensioen op over een deel van het brutoloon dat u in dat jaar heeft verdiend. U bouwt niet over uw hele brutoloon pensioen op. Uw pensioenuitvoerder houdt namelijk rekening met de AOW die u van de overheid ontvangt als u met pensioen gaat. Het deel van uw loon waarover u geen pensioen opbouwt, heet ‘franchise’.

Over uw brutoloon minus de franchise bouwt u elk jaar 1,75% aan pensioen op. Het totale pensioen dat u zo opbouwt, is de optelsom van al die jaren plus de eventuele verhoging. Dit heet een middelloonregeling. Vanaf uw pensioendatum ontvangt u dit bedrag elke maand zolang u leeft.

opbouwjpg

Opbouwpercentage

Elk jaar bouwt u pensioen op over een deel van het brutoloon dat u in dat jaar heeft verdiend. Het deel van uw loon waarover u geen pensioen opbouwt, heet ‘franchise’. Over het brutoloon minus de franchise bouwt u jaarlijks 1,75% aan ouderdomspensioen op.

Het voorbeeld bekijken

Stel: u heeft een Fulltime salaris van € 50.000 en u werkt in deeltijd voor 50%. De franchise is € 15.000. Dat betekent dat uw fulltime berekeningsgrondslag voor pensioenopbouw € 35.000 bedraagt. U bouwt in dat jaar 1,75% ouderdomspensioen op over € 35.000, u doet dit voor 50%, dat is € 306 in dat jaar. Het ouderdomspensioen dat u bij pensionering jaarlijks ontvangt, is een optelsom van alle jaren plus de eventuele verhoging (indexering).

U en uw werkgever betalen beiden voor uw pensioen

U en uw werkgever betalen elke maand pensioenpremie. In feite is de premie de prijs van uw pensioen. In 2024 is de premie 25,8% van uw pensioengrondslag. De premie voor het arbeidsongeschiktheidspensioen is 0,5%. De pensioengrondslag is het deel van uw salaris dat meetelt voor uw pensioenopbouw.

Uw werkgever betaalt elke maand de pensioenpremie aan PFZW. Uw deel van de pensioenpremie houdt uw werkgever maandelijks in op uw brutoloon. Het exacte bedrag staat op uw loonstrook. De premie die uw werkgever betaalt, staat niet op uw loonstrook. Wel kunt u in MijnPFZW zien hoeveel premie uw werkgever in het afgelopen jaar heeft betaald. Wilt u dit weten voor de huidige premie? Vraag dat aan uw werkgever.

Welke keuzes heeft u?

Waardeoverdracht

Verandert u van baan en gaat u daardoor naar een andere pensioenregeling? De hoogte van uw opgebouwde pensioen per jaar bepaalt wat er met uw pensioen gebeurt.

Verder lezen over waardeoverdracht

Is uw opgebouwde pensioen hoger dan € 592,51 per jaar, dan beslist u zelf of u uw pensioen meeneemt. Dit kan bijvoorbeeld gunstig zijn als uw nieuwe werkgever een betere pensioenregeling heeft. Of misschien wilt u alle pensioenen bij één uitvoerder hebben. U regelt dit direct op Mijnwaardeoverdracht.nl. Wilt u uw pensioen niet meenemen? Dan blijft uw pensioen bij PFZW staan. Als u hulp nodig heeft bij het maken van uw keuze, helpen wij u graag.

Is uw opgebouwde pensioen minder dan € 592,51 per jaar en hoger dan €2 per jaar? Dan zorgt PFZW er automatisch voor dat uw pensioen meegaat naar uw nieuwe pensioenuitvoerder als u na 1 januari 2018 uit dienst bent gegaan.

PFZW checkt daarom jaarlijks bij mijnpensioenoverzicht.nl of u pensioen opbouwt bij een nieuwe pensioenuitvoerder. Heeft u geen nieuwe pensioenuitvoerder, dan blijft uw pensioen bij PFZW.

Kleine premievrije pensioenen die zijn ontstaan vóór 1 januari 2018 draagt PFZW vanaf 1 januari 2020 gefaseerd over aan de nieuwe pensioenuitvoerder.

Lees meer over waardeoverdracht.

Wilt u uw pensioenregeling vergelijken met andere pensioenregelingen? Gebruik dan de pensioenvergelijker.

Aparte pensioenregeling voor als u meer dan € 137.800 verdient

Is uw fulltime salaris hoger dan € 137.800 bruto in 2024? Dan bouwt u geen pensioen op boven dat bedrag. U betaalt hier ook geen premie voor. U bouwt dus niet over uw volledige salaris pensioen op. Over uw salaris boven de
€ 137.800 bouwt u ook geen partnerpensioen op.

Werkt u parttime en verdient u minder dan € 137.800 bruto in 2024? Dan kan dit ook voor u gelden. Wij rekenen uw parttimesalaris om naar een fulltimesalaris.

Het is mogelijk om voor het gedeelte van uw fulltimesalaris boven € 137.800 een aanvullende pensioenverzekering voor het partnerpensioen af te sluiten. U regelt voor uw partner dan een hoger partnerpensioen.

Ouderdomspensioen ruilen voor partnerpensioen

Gaat u met pensioen of verlaat u eerder de sector zorg en welzijn? En is er geen of te weinig partnerpensioen voor uw partner wanneer u overlijdt? Dan kunt u een deel van uw ouderdomspensioen ruilen voor partnerpensioen. U krijgt dan een lager ouderdomspensioen. Maar uw partner krijgt dan wel een hoger pensioen van PFZW na uw overlijden.

Let op: dit is een eenmalige keuze. Als u eenmaal gekozen heeft om wel of niet te ruilen, kunt u daar niet meer op terugkomen. Lees meer over het ruilen van pensioen. In de planner op MijnPFZW ziet u wat ruilen betekent voor de hoogte van uw pensioen en dat van uw partner. Log in met uw DigiD.

Partnerpensioen ruilen voor ouderdomspensioen

Naast ouderdomspensioen bouwt u ook partnerpensioen op. Er kunnen redenen zijn waarom u het partnerpensioen wilt ruilen voor een hoger ouderdomspensioen. Misschien heeft uw partner zelf een goed pensioen, of misschien heeft u geen partner (meer).

Let op: dit is een eenmalige keuze. Als u eenmaal gekozen heeft om te ruilen kunt u daar niet meer op terugkomen. Als u wél een partner heeft moet hij/zij het wel eens zijn met deze keuze. Lees meer over het ruilen van partnerpensioen voor een hoger ouderdomspensioen. In de planner op MijnPFZW ziet u wat ruilen betekent voor de hoogte van uw pensioen en dat van uw partner. Inloggen doet u met uw DigiD.

 

Eerder stoppen of langer doorwerken
Uw ouderdomspensioen gaat in als uw AOW ingaat, behalve als u het anders wilt. U kunt uw AOW niet uitstellen of eerder laten ingaan.

U kunt er ook voor kiezen langer door te werken. Als u dat wilt, kunt u het uitbetalen van uw ouderdomspensioen uitstellen totdat u echt met pensioen gaat. Uw pensioenopbouw stopt wel op uw AOW-leeftijd. Maar als u uw pensioen later laat ingaan, is uw ouderdomspensioen daardoor straks hoger. Kijk voor de voorwaarden voor het uitstellen van pensioen in het  pensioenreglement van PFZW.

U kunt er ook voor kiezen uw pensioen al eerder in te laten gaan. Dat betekent wel dat uw ouderdomspensioen lager wordt. Eerder met pensioen gaan heeft dus financiële gevolgen. De pensioenopbouw stopt eerder en het ouderdomspensioen gaat omlaag. U moet er ook rekening mee houden dat de AOW later ingaat dan uw vervroegde pensioen. Bereken zelf wat er voor u mogelijk is op MijnPFZW en kijk op de website van de Sociale verzekeringsbank om te zien wanneer uw AOW ingaat.

Beginnen met een hoger of lager pensioen

U kunt ervoor kiezen om eerst een paar jaar een hoger ouderdomspensioen te ontvangen, en daarna een lager ouderdomspensioen. Vanaf dat tweede moment is uw ouderdomspensioen lager dan op uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO) staat.

U kunt er ook voor kiezen om eerst een paar jaar een lager ouderdomspensioen te ontvangen, en daarna een hoger ouderdomspensioen. Vanaf dat tweede moment heeft u bij deze keuze een hoger ouderdomspensioen dan op uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO) staat.

Bereken zelf wat er voor u mogelijk is op MijnPFZW.

Let op! Dit is een eenmalige keuze! Als u hier voor gekozen heeft, kunt u daar niet meer op terugkomen.

Hoe zeker is uw pensioen

Welke risico's zijn er?

De opbouw en uitbetaling van pensioen gaan over een lange periode. In zo’n periode verandert de wereld waardoor er risico’s kunnen ontstaan die uw pensioen bedreigen. De risico’s kunnen leiden tot een tekort.

Verder lezen over risico's

PFZW probeert voorbereid te zijn op de risico’s die uw pensioen kunnen bedreigen. In het verleden is dat niet altijd goed gegaan. Bijvoorbeeld door de snelle stijging van de levensverwachting. Die stijging is namelijk groter dan de stijging waarmee we rekening hebben gehouden. Als deelnemers gemiddeld ouder worden, moeten zij langer pensioen ontvangen. Een pensioenuitvoerder moet dan meer geld hebben dan waar eerst op werd gerekend.

De rente speelt ook een rol. De rentestand beïnvloedt namelijk de waarde van de pensioenen. Pensioenuitvoerders maken van tevoren een inschatting van het geld dat ze nodig hebben om de pensioenen te kunnen betalen. Hoe lager de rente is, hoe meer geld PFZW ‘in kas’ moet hebben om later alle pensioenen te kunnen betalen. Als de rente lange tijd laag blijft, maakt dat de pensioenen dus duur.

Ook de beleggingsresultaten kunnen tegenvallen. Daarom zorgt PFZW ervoor dat de beleggingen verdeeld worden over meerdere beleggingssoorten. Winst op een belegging kan verlies op een andere belegging goedmaken. Een pensioenuitvoerder kan beleggingsrisico’s ook afdekken. Daar zijn wel kosten aan verbonden.

Er zijn meer risico’s waar PFZW rekening mee moet houden om uw pensioen zo goed mogelijk te beschermen. PFZW moet die risico’s dus letterlijk ‘managen’ Meer informatie over het risicomanagement van PFZW leest u in de Actuariêle en Bedrijfstechnische Nota (ABTN) en in ons jaarverslag. U vindt de ABTN en ons jaarverslag in laag 3 van Pensioen 1-2-3.

Vanaf 2015 moeten pensioenuitvoerders bij beleidsbeslissingen gebruikmaken van de zogenoemde beleidsdekkingsgraad. De beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds is onder meer van belang bij besluiten van het bestuur die gaan over de hoogte van de premie en het verlenen van toeslagen.

Ook is de beleidsdekkingsgraad een belangrijke graadmeter voor de vraag of het pensioenfonds genoodzaakt is de pensioenen te verlagen. Als de beleidsdekkingsgraad van het pensioenfonds lager is dan 100% dan mag het pensioenfonds niet meewerken aan individuele waardeoverdrachten. De beleidsdekkingsgraad is een gemiddelde over twaalf maanden.

Meer informatie bekijken over onze financiële situatie en de beleidsdekkingsgraad.

Houdt uw pensioen zijn waarde?

Uw pensioen is per 1 januari 2024 verhoogd. 

PFZW heeft de ambitie om de pensioenen mee te laten stijgen met de prijsontwikkeling. Daarbij kijken we naar de consumentenprijsindex van september ten opzichte van september van het jaar daarvoor (over 2023: 0,2%). Het CBS heeft deze prijsindex dit jaar via een nieuwe methode berekend. Hierdoor viel de inflatie onverwacht laag uit. Om die reden hebben wij binnen de grenzen van ons indexatiebeleid alsnog rekening gehouden met de nieuwe methode voor de jaren 2022 en 2023. 

Wij besluiten elk jaar of er kan worden geïndexeerd. Er moet namelijk wel genoeg financiële ruimte zijn om de pensioenen te kunnen verhogen. Die was er volgens het overbruggingsplan van PFZW. In het overbruggingsplan beschrijven wij de financiële situatie van PFZW in de periode van 2023 totdat de nieuwe pensioenregeling ingaat. En hoe PFZW hiermee aan de wettelijke eisen voldoet. Door gebruik te maken van deze regels en rekening te houden met de indexatie van afgelopen jaar kunnen we de pensioenen per 1 januari 2024 indexeren met 4,8%.

De afgelopen tien jaar heeft PFZW uw pensioen als volgt verhoogd:

Verder lezen over de waarde van mijn pensioen

De afgelopen jaren heeft PFZW de pensioenen als volgt verhoogd:

Overzicht indexatie 2013-2023

Datum

Verhoging/indexering

Ambitie van PFZW

Prijsontwikkeling1

01-01-2023

6,00%

14,5%

10,0%

01-10-2022 (2)

2,70%

2,70%

2,70%

01-01-2021

0,00%

1,10%

1,30%

01-01-2020

0,00%

2,60%

2,60%

01-01-2019

0,00%

1,90%

1,70%

01-01-2018

0,00%

1,50%

1,40%

01-01-2017

0,00%

1,29%

0,30%

01-01-2016

0,00%

0,68%

0,60%

01-01-2015

0,00%

0,48%

1,00%

01-01-2014

0,94%

1,88%

2,50%

01-01-2013

0,00%

1,67%

2,50%

(1) Consumentenprijsindex (cpi) van CBS ‘niet afgeleid’.

(2) Per 1 januari 2022 is het  pensioen niet verhoogd. 

Wij verwachten dat wij de komende jaren uw pensioen niet altijd of maar voor een deel kunnen verhogen.

Als er een tekort is

Het kan gebeuren dat PFZW ondanks alle voorzorgen toch geld tekort komt om op de lange termijn alle pensioenen te kunnen betalen. Dan moet er iets gebeuren. PFZW heeft de taak zo zorgvuldig mogelijk af te wegen wat de beste oplossing is: de premie verhogen, de pensioenen niet verhogen of de pensioenopbouw verlagen. Het bestuur kan ook kiezen voor een combinatie van maatregelen of nog andere keuzes maken. In het uiterste geval kan PFZW besluiten de pensioenen te verlagen.

PFZW heeft de pensioenen tot nu toe nog nooit verlaagd.

Meer informatie over hoe PFZW er financieel voor staat, leest u in onze kwartaalberichten.

Welke kosten maken wij?

Wij maken verschillende kosten

PFZW maakt verschillende kosten om de pensioenregeling uit te voeren. Denk bijvoorbeeld aan kosten voor de administratie. Daaronder vallen de kosten voor het betalen van de pensioenen en het innen van de premies. Ook maken wij kosten voor de communicatie, bijvoorbeeld voor het maken van dit Pensioen 1-2-3 en het Uniform Pensioenoverzicht.

Daarnaast zijn er de kosten om het vermogen te beheren. Beleggen van het vermogen kost geld. Wij betalen bijvoorbeeld de partijen die voor ons het vermogen te beleggen. Ook maken wij transactiekosten. Dit zijn bijvoorbeeld de kosten die de beurs in rekening brengt bij het kopen of verkopen van aandelen of obligaties.

In ons jaarverslag vindt u een specificatie van de kosten die wij maken.

Wanneer moet u in actie komen?

Als u verandert van pensioenuitvoerder

Verandert u van baan en gaat u daardoor naar een andere pensioenregeling? De hoogte van uw opgebouwde pensioen per jaar bepaalt wat er met uw pensioen gebeurt.

Is uw opgebouwde pensioen hoger dan € 592,51 in 2024 dan beslist u zelf of u uw pensioen meeneemt. Dit kan bijvoorbeeld gunstig zijn als uw nieuwe werkgever een betere pensioenregeling heeft. Of misschien wilt u alle pensioenen bij één uitvoerder hebben. Laat uw nieuwe pensioenuitvoerder dan weten dat u uw pensioen wilt meenemen.

Verder lezen over veranderen van pensioenuitvoerder

Wilt u uw pensioen niet meenemen? Dan blijft uw pensioen bij PFZW staan. Als u hulp wilt bij het maken van uw keuze, helpen wij u graag.

Is uw opgebouwde pensioen minder dan € 592,51 per jaar en hoger dan € 2 per jaar? Dan zorgt PFZW er automatisch voor dat uw pensioen meegaat naar uw nieuwe pensioenuitvoerder als u na 1 januari 2018 uit dienst bent gegaan.

PFZW checkt daarom jaarlijks bij mijnpensioenoverzicht.nl of u pensioen opbouwt bij een nieuwe pensioenuitvoerder. Heeft u geen nieuwe pensioenuitvoerder, dan blijft uw pensioen bij PFZW.

Kleine premievrije pensioenen die zijn ontstaan vóór 1 januari 2018 draagt PFZW vanaf 1 januari 2020 gefaseerd over aan de nieuwe pensioenuitvoerder.

Als u een arbeidsongeschikt raakt

Als u een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangt, heeft u recht op (gedeeltelijke) voortzetting van uw pensioenopbouw zonder dat u daar zelf nog premie voor betaalt. Ook kunt u recht hebben op een arbeidsongeschiktheidspensioen.

Deze premievrije pensioenopbouw en het arbeidsongeschiktheidspensioen zijn afhankelijk van de mate van uw arbeidsongeschiktheid. Het is belangrijk dat u de gevolgen van uw arbeidsongeschiktheid voor uw pensioen in kaart brengt. Wijzigt uw arbeidsongeschiktheid? Dan geeft UWV dat aan ons door. Zijn de gegevens in onze beslissing over uw arbeidsongeschiktheid niet juist? Of is uw situatie gewijzigd en heeft u nog geen bericht van PFZW ontvangen? Neemt u dan contact met ons op.

Als u gaat trouwen, een geregistreerd partnerschap aangaat of ongehuwd samenwoont

Bent u getrouwd of heeft u een geregistreerd partnerschap? Dan heeft uw partner bij uw overlijden recht op partnerpensioen. Vindt u dat het partnerpensioen niet goed genoeg geregeld is? Zorg dan dat u iets extra’s regelt.

Let op! Als u ongehuwd samenwoont, heeft uw partner niet automatisch recht op partnerpensioen bij uw overlijden. Om uw partner daarvoor in aanmerking te laten komen, moet u aan bepaalde voorwaarden voldoen. U moet bijvoorbeeld een samenlevingsovereenkomst hebben. Zo’n overeenkomst moet zijn opgesteld door een notaris. Verder moeten u, uw partner en de notaris de overeenkomst hebben ondertekend. U meldt uw partner aan op uw MijnPFZW-profiel. Na het inloggen, kunt u een foto of pdf van uw samenlevingsovereenkomst uploaden. U kunt ook een kopie maken van uw overeenkomst en deze per post naar ons opsturen. Lees meer over trouwen en samenwonen.

Als u gaat scheiden of uw geregistreerd partnerschap beëindigt

Uw ex-partner heeft recht op de helft van het ouderdomspensioen dat u opbouwde tijdens het huwelijk of de periode van het geregistreerd partnerschap. U kunt met uw ex-partner andere afspraken maken. Deze afspraken moeten staan in het scheidingsconvenant. U of uw ex-partner moet PFZW op de hoogte stellen van de scheiding en de eventuele andere afspraken. Dat moet binnen twee jaar na de datum van de scheiding.

Let op! Het recht op een deel van het ouderdomspensioen geldt niet als u en uw partner ongehuwd samenwoonden. Ongehuwd samenwonenden moeten zelf afspraken maken over de verdeling van het pensioen.

Uw ex-partner heeft ook recht op het partnerpensioen dat u opbouwde tot de datum van de echtscheiding of het beëindigen van het geregistreerd partnerschap. Voor het recht op het partnerpensioen hoeft u niets te doen. Tenzij uw ex-partner geen partnerpensioen wil en er afstand van doet. Dan moet u dat aan PFZW laten weten.

Let op! Ook ongehuwd samenwonenden kunnen recht hebben op het partnerpensioen.

Lees meer over scheiden.

Als u verhuist naar het buitenland

Geef dit door aan PFZW en bespreek wat de gevolgen zijn voor uw pensioen. Informatie over de gevolgen voor de AOW vraagt u aan bij de Sociale Verzekeringsbank. Of kijk op www.svb.nl.

Let op! Ook als u binnen het buitenland verhuist, moet u dat aan PFZW doorgeven. U kunt uw verhuizing online doorgeven.

Als u werkloos wordt of ziek bent

Als u werkloos wordt, stopt uw pensioenopbouw. Dat geldt ook als u met onbetaald verlof gaat. Als u ziek bent, wordt uw pensioenopbouw lager. Het is belangrijk dat u de gevolgen van uw werkloosheid voor uw ouderdomspensioen en voor het partnerpensioen en wezenpensioen op een rijtje zet.

Verder lezen over als u werkloos wordt of ziek bent

Als u ontslagen wordt en bij bepaalde vormen van onbetaald verlof blijft u wel recht houden op onze voorzieningen bij arbeidsongeschiktheid en overlijden. Dat wil zeggen dat u geen pensioen meer opbouwt. Maar u kunt wel recht hebben op premievrije pensioenopbouw en arbeidsongeschiktheidspensioen als u arbeidsongeschikt wordt. Uw partner en kinderen tot 21 jaar hebben recht op partnerpensioen en wezenpensioen als u overlijdt. Als u ziek bent, bouwt u minder pensioen op. Maar uw partner en kinderen tot 21 jaar hebben recht op partnerpensioen en wezenpensioen als u overlijdt.

Wilt u naast deze voorzieningen ook nog pensioen opbouwen? Dan kunt u uw pensioenopbouw vrijwillig voortzetten. U betaalt dan zelf de hele pensioenpremie. Lees meer over vrijwillige voortzettingbescherming bij verlof en werkloosheid of bekijk wat u kunt doen bij ontslag.

MijnPFZW.nl

Bekijk hoeveel u heeft opgebouwd en speel met uw keuzes op MijnPFZW.

Mijnpensioenoverzicht.nl

Een overzicht van al uw opgebouwde pensioenen vindt u op mijnpensioenoverzicht.nl.

Als u gebruik wilt maken van een keuzemogelijkheid

De keuzemogelijkheden vindt u onder ‘Welke keuzes heeft u zelf?’.

Let op! Een gemaakte keuze kunt u niet meer terugdraaien. Laat u dus goed informeren voor u kiest.

Als u vragen heeft
Voor alle vragen over uw pensioenregeling kijkt u bij onze klantenservice. U kunt ook bellen met PFZW via (030) 277 55 77.

Laag 3

In laag 3 vindt u juridische en beleidsmatige informatie van PFZW.

Naar laag 3