Maakt een medewerker gebruik van de RVU, dan stopt uw medewerker met werken en stopt ook de pensioenopbouw. Binnen de huidige wet- en regelgeving is het niet mogelijk om de pensioenopbouw vrijwillig voort te zetten. Ook de bescherming tegen de risico’s van arbeidsongeschiktheid en overlijden is niet van toepassing.
Stoppen met werken betekent ook dat de opbouw en de risicodekking van het partnerpensioen stopt. Uw medewerker heeft tot dat moment een deel van het partnerpensioen opgebouwd. Het andere deel is verzekerd op risicobasis. Overlijdt uw medewerker, dan ontvangt de partner alleen het deel van het partnerpensioen dat is opgebouwd. Wil uw medewerker dat zijn/haar partner bij overlijden meer pensioen krijgt? Dan kan hij/zij het partnerpensioen verhogen door een deel van het ouderdomspensioen te ruilen voor partnerpensioen. Het is belangrijk dat u uw medewerkers hierover informeert.