Tips voor de cao-tafel

23-01-2025 | Veel cao-tafels zijn of gaan aan de slag met onderhandelingen over een nieuwe cao. Soms hebben de uitkomsten van deze onderhandelingen invloed op de pensioenopbouw van de medewerkers. Wij geven u graag een paar aandachtspunten mee. Heeft u vragen over de pensioengevolgen van deze voorbeelden, neem dan contact op met uw relatiemanager.

Onze tips

  1. Verwachte wijziging premie arbeidsongeschiktheidspensioen
    PFZW wil per 1 januari 2026 overstappen op de nieuwe pensioenregeling. In die regeling gaat een andere samenstelling van de premie voor het arbeidsongeschiktheidspensioen gelden. De verzekering van het WGA-hiaatpensioen valt voortaan in de basispremie voor het ouderdomspensioen en het partnerpensioen. Deze premie was 25,8% en wordt 25,9%. De premie voor het WIA-excedentpensioen wordt dan alleen geheven bij deelnemers met een salaris boven het maximaal dagloon. Deze premie wordt 3,2% van het salaris boven het maximaal dagloon. De huidige premie van 0,5% voor het arbeidsongeschiktheidspensioen vervalt op dat moment. Lees verder
  2. Mogelijke pensioengevolgen van Europese Hof-uitspraak
    De uitspraak van het Europese Hof van Justitie van 29 juli 2024 verbiedt onder omstandigheden verschillen in overwerktarieven tussen voltijd- en deeltijdwerkers. In diverse cao’s in de branches zorg en welzijn zijn afspraken gemaakt over de vergoeding van meeruren en van overwerk. Geeft de Hofuitspraak aanleiding om de bestaande cao-afspraken aan te passen? Let u dan op de gevolgen voor de pensioenopbouw. De vergoeding van zowel meeruren als van overwerk is pensioengevend salaris. Dit geldt zowel voor het uurloon als voor de toeslag(en). Worden afspraken gemaakt om eventuele vergoeding van over het verleden verricht meerwerk of overuren uit te betalen? Dan is die nabetaling ook pensioengevend loon.

    Meeruren of overwerk? Onder ‘meeruren’ vallen uren die werknemers meer hebben gewerkt dan afgesproken volgens de arbeidsovereenkomst, maar minder dan de arbeidsduur op kalenderjaarbasis bij een fulltime dienstverband. Onder ‘overwerk’ wordt verstaan de meer gewerkt uren boven deze fulltime norm. 
  3. Afspraken met terugwerkende kracht of compensatie
    Loonsverhogingen met terugwerkende kracht tot 1 januari verhogen het pensioengevend salaris. De werkgever moet dan het bestand voor de Uniforme Pensioen Aangifte (UPA) vanaf 1 januari corrigeren. Eenmalige, niet structurele salarisbestanddelen verhogen het pensioengevend salaris niet.
  4. Compensatie vanwege loonaanpassingen
    Uitbetalingen van een eenmalig bedrag ter afkoop van eerder niet ontvangen loon tellen niet mee voor het pensioengevend salaris. Denk bijvoorbeeld aan een bedrag ter afkoop van een periodieke, nog niet uitbetaalde, loonsverhoging met terugwerkende kracht. Gaat het echter om uitbetalingen, die deel uitmaken van een compensatie, die gedurende drie jaar of langer achtereen plaatsvinden? Dan worden die periodieke compensaties wél aangemerkt als pensioengevend salaris.
  5. Afspraken over keuzebudgetten
    In verschillende cao’s zijn of worden budgetregelingen opgenomen. In een budgetregeling kan vaak een deel van het loon worden ingezet voor een beloningsvorm naar keuze van de medewerker.
    Bijvoorbeeld: uitkering als brutoloon, uitkeren als kostenvergoeding, omruil voor extra verlofuren etc. Overweegt u een dergelijke regeling op te nemen in de cao, informeer dan tijdig naar de pensioengevolgen.
  6. Afspraken over minder werken of eerder stoppen met werken
    Afspraken over minder werken, bijvoorbeeld in een ouderenregeling (generatieregeling, etc.) kunnen ook gevolgen hebben voor de pensioenopbouw. Bouwt een medewerker door zo’n regeling minder of geen pensioen op? Dan is wellicht vrijwillige voortzetting van de pensioenopbouw een optie. Wij informeren u graag over de mogelijkheden.
  7. Regeling voor voortzetting van de pensioenopbouw tijdens RVU in 2024 gewijzigd
    Maakt een medewerker gebruik van een cao-afspraak over eerdere beëindiging van de loopbaan met loondoorbetaling door de werkgever (RVU)? Dan stopt de pensioenopbouw. Ook stopt dan de bescherming bij verlof en werkloosheid (hierna: BVW), omdat er tijdens RVU geen sprake is van verlof of werkloosheid.

    Na wijziging van de fiscale voorwaarden voor vrijwillige voortzetting, heeft PFZW per 1 januari 2024 het pensioenreglement aangepast. Tot dat moment mocht vrijwillige voortzetting niet aanvangen binnen drie jaar voor pensioenleeftijd. Vanaf 1 januari 2024 kan ook tijdens een RVU die ingaat in de laatste drie jaren van de loopbaan de pensioenopbouw vrijwillig worden voortgezet. N.B. De medewerker moet de vrijwillige voortzetting binnen negen maanden aanvragen
  8. Afspraken over loondoorbetaling tijdens aanvullend geboorteverlof voor partners of deels betaald ouderschapsverlof
    Per 1 juli 2020 hebben partners van pas bevallen vrouwen recht op maximaal vijf weken aanvullend geboorteverlof. Dit komt naast het standaard geboorteverlof van vijf dagen. Tijdens het aanvullend geboorteverlof heeft de medewerker recht op een WAZO-uitkering van UWV. De uitkering bedraagt 70% van het loon, met als maximum 70% van het maximum dagloon. Op enkele uitzonderingen na verloopt de WAZO-uitkering via de werkgever.

    Vanaf 2 augustus 2022 wordt daarnaast de bestaande regeling voor ouderschapsverlof ingevuld met een periode van deels (door UWV) betaald ouderschapsverlof. Nu al kunnen ouders 26 weken ouderschapsverlof opnemen in de eerste acht levensjaren van hun kind. Deze ouders kunnen straks in het eerste levensjaar van het kind negen weken van UWV een uitkering krijgen. Ook deze uitkering bedraagt 70% van hun dagloon, tot 70% van het maximum dagloon.

    Is in de cao geen loonaanvulling overeengekomen? Dan stopt de pensioenopbouw tijdens het aanvullend geboorteverlof en het ouderschapsverlof. Is wel een loonaanvulling overeenkomen? Dan vindt over het door de werkgever uitbetaalde bedrag pensioenopbouw plaats. Tijdens verlof zonder voortzetting van de pensioenopbouw, blijven medewerkers wel beschermd tegen de risico’s van overlijden of arbeidsongeschiktheid (BVW).
  9. Afspraken over wijziging voltijdnormloon
    Maken sociale partners afspraken over een wijziging van de deeltijdnorm? Dan kan dit gevolgen hebben voor de pensioenopbouw en de pensioenpremie als de medewerkers hun arbeidspatroon ongewijzigd voortzetten. Dit komt doordat voor de pensioenopbouw de gewerkte uren worden gedeeld door de geldende cao-werktijd (deeltijdfactor).

Ten slotte

Heeft u vragen naar aanleiding van deze aandachtspunten, of heeft u andere vragen? Neem dan contact op met uw relatiemanager bij PFZW of stuur een e-mail naar:  RelatiemanagementSocialePartners@pfzw.nl