23-11-2022 | Een kwart van de ex-zorgmedewerkers geeft aan misschien terug te keren in zorg of welzijn wanneer zij een passende baan aangeboden krijgen. In theorie zijn dit ongeveer 240.000 mensen. Daarbij geldt dat 50-plussers minder snel overwegen terug te keren dan jongeren.
De arbeidstekorten in zorg en welzijn lopen snel op en iedere medewerker is hard nodig om aan de toenemende vraag te voldoen. Tegelijkertijd zeggen veel medewerkers hun baan op om hun heil elders te gaan zoeken. Is deze groep ex-medewerkers bereid om ooit terug te keren? En zo ja, onder welke voorwaarden? Dat onderzocht Pensioenfonds Zorg en Welzijn in een representatieve steekproef van ruim 2.800 ex-medewerkers van 18 tot en met 67 jaar.
Om mensen terug te laten keren in zorg of welzijn moet het aanbod vooral financieel en inhoudelijk aantrekkelijk zijn. Uit de antwoorden blijkt dat een goed salaris, goede secundaire voorwaarden en ruimte in de budgetten om goede zorg te kunnen bieden belangrijke redenen zijn om terug te keren. Daarnaast hechten veel mensen aan een goede werksfeer.
Een kwart van de ex-medewerkers zou mogelijk terugkeren in zorg of welzijn als hij of zij een baan aangeboden krijgt die goed aansluit op de wensen. Wel zijn ouderen minder toeschietelijk dan jongeren. Twee op de tien 50-plussers zouden terugkeren in de sector, terwijl dat bij de groep onder de 50 drie op de tien is.
Ook als de werkgever voldoet aan de eisen, blijft het aandeel dat mogelijk zou terugkeren ongeveer een kwart. Opnieuw geldt dat vooral 18- tot 50-jarigen overwegen om terug te keren in de sector: een op de drie zou dit zeker wel of waarschijnlijk wel doen. Onder 50-plussers ligt dit lager, met opnieuw 18%. 50-plussers zien minder vaak zaken die werkgevers kunnen bieden zodat zij terugkeren. De helft van hen geeft aan dat er niets meer gedaan kan worden, omdat zij nooit meer terug zullen keren in zorg of welzijn.
Er zijn verschillende redenen waarom men is gestopt in de sector. Naast de inhoud van het werk speelden management, werkdruk en privézaken vaak een rol. Andere redenen waren bijvoorbeeld financiële vooruitgang elders, ongunstige werktijden en een slechte werksfeer. Jongeren (18-34 jaar) kozen relatief vaak voor onderwijs en overheid, de groep 35-plus juist voor overige (zakelijke) dienstverlening. Dikwijls blijven ex-medewerkers actief in een dienstverlenende rol.
De uitkomsten van dit onderzoek zijn een belangrijk signaal voor werkgevers die hun medewerkers met lede ogen hebben zien vertrekken. Door goed te luisteren naar hun wensen, is een deel van de vertrekkers mogelijk in voor een terugkeer.