22-06-2022 | Steeds meer mensen in zorg en welzijn vertrekken op eigen verzoek bij hun werkgever. Ruim 77% van de vertrekkers geeft dit aan. Bij een eerder onderzoek in 2020 was dit 64%. Te hoge werkdruk en onvrede over de leiding blijven de belangrijkste vertrekredenen. De gevolgen van corona speelden nauwelijks een rol.
Voor de derde keer (na 2018 en 2020) onderzocht Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) de redenen waarom medewerkers in zorg en welzijn hun baan opzeggen. En evenals vorige keren was de respons met 22% opvallend hoog (2020: 20%, 2018: 18%). In totaal gaven circa 5000. mensen hun mening over dit onderwerp.
Wie zijn of haar baan opzegt, blijft over het algemeen wel in de sector werken. Ook dit jaar (net zoals in 2018 en 2020) blijven 3 op de 4 werknemers de sector trouw. Bijna een kwart verlaat de sector. De hoge werkdruk is nog altijd een belangrijke oorzaak waarom werknemers hun baan opzeggen. Een grote groep van 31% noemt de hoge werkdruk direct als reden (2020: 21%). Werknemers geven aan dat onderbezetting en de druk om continu uren te verantwoorden tot gevolg hebben dat zij niet de zorg kunnen leveren zoals zij dat zouden willen. Daarin zien we eerder een verslechtering dan een verbetering in de afgelopen twee jaar.
Vaak wordt ondersteuning vanuit de leidinggevende gemist. Als oorzaak worden onder andere de vele wisselingen van de leidinggevenden genoemd. Voor wat betreft de organisatie is er vaak sprake van te sterke hiërarchie, bureaucratie of chaos waardoor men zich benadeeld of niet gehoord voelt. Soms is de inhoud van het werk niet meer aantrekkelijk of de relatie met collega’s matig. Ook hierbij speelt de organisatie een rol. Het management grijpt bijvoorbeeld niet in als de sfeer in een team slecht is of bij pestgedrag. Daarnaast missen medewerkers regelmatig waardering.
Een andere constante factor in de drie onderzoeken is dat financiële beloning als vertrekreden minder belangrijk is. De beloning is voor maar 22% een reden om te vertrekken. De helft van de vertrekkers gaat er financieel op vooruit in de nieuwe baan (gemiddeld ruim 10%). Slechts 11% gaat er op achteruit.
Voor bijna 80% speelde corona geen rol bij het vertrek. Bij 16% is het wel een belangrijke of de enige reden. Als corona (deels) een reden is dan gaat het -voor de vrijwillige vertrekkers - vooral om een verandering in werksfeer en de werkdruk die het laatste zetje zijn om te vertrekken. Corona was soms ook reden om na te denken over de eigen loopbaan. Met uiteindelijk de keuze om elders te gaan werken. Het risico om zelf ziek te worden of anderen te besmetten was nauwelijks van invloed. Binnen de groep waarbij corona een rol speelde, was dit maar bij circa 10% een vertrekreden (in 2020 was dit nog 25%).
Aan medewerkers waarvan het dienstverband door de werkgevers is beëindigd (13%) vroegen we naar de redenen van die beëindiging. De belangrijkste reden was langdurige ziekte/arbeidsongeschiktheid. Daarnaast werden onvoldoende werk of het niet meer passend zijn van het werk genoemd. Uit open reacties blijkt dat men vaak ontslagen wordt wanneer een tijdelijk contract zou moeten worden omgezet naar een nieuw contract. En dat eventueel in combinatie met ziekte.
Na drie onderzoeken in vier jaar naar de redenen van vertrek in zorg en welzijn, is het beeld stabiel maar ook zorgelijk. Bij toenemende personeelskrapte lukt het werkgevers niet goed om de uitstroom terug te dringen. Sterker nog, steeds meer medewerkers zeggen zelf hun baan op en gaan hun geluk bij een andere werkgever binnen of buiten de sector beproeven. De redenen van vertrek zijn al jaren ongeveer gelijk. Toch slaagt de sector er niet in om het tij te keren. In een tijd waarin de noodzaak en beschikbaarheid van goede zorg meer dan ooit duidelijk is geworden, is dat geen positieve constatering.
PFZW heeft dit onderzoek kunnen uitvoeren omdat het beschikt over de data van alle aangesloten deelnemers en werkgevers van het pensioenfonds. Ook werkgevers kunnen van deze data profiteren. Het HR-dataportaal van PFZW helpt werkgevers op een laagdrempelige manier aan relevante data over instroom, uitstroom, functieprofielen en andere gegevens van de eigen populatie. Het dataportaal biedt de mogelijkheid om deze data te vergelijken met soortgelijke organisaties, maar ook om zelf analyses te maken.